Starters hebben op de banenmarkt minder te kiezen dan een jaar geleden. Niet alleen economische onzekerheid, maar ook de snelle opkomst van AI zorgt ervoor dat werkgevers minder plek hebben voor starters. Toch moeten bedrijven en organisaties die voor continuïteit gaan, plek blijven maken voor starters. Jonge starters aannemen is niet alleen een kwestie van: is er nu plek? Het is vooral een kwestie van investeren in een sterke toekomst. “Bedrijven moeten, ook met AI, plek blijven maken voor starters”, zegt Charlotte Van Asseldonk van de Talentenleider.
Verschil tussen AI en mensenwerk
Starters kunnen alleen waardevolle krachten worden als zij vlieguren kunnen maken. AI gaat niet weg, en zal banen vervangen. Tegelijkertijd blijft er altijd plek voor mensen. Het gaat alleen om een ander soort werk. Zeker taken die traditioneel gezien bij een startersfunctie horen, kunnen door AI worden overgenomen. Maar zaken als samenwerken, initiatief nemen en betekenis geven aan informatie, worden juist extra belangrijk. Dat is mensenwerk.
Andere loopbaanlijnen en startfuncties
Werkgevers moeten daarom zorgen voor andere loopbaanlijnen, met andere startfuncties. Ze kunnen deze ontwerpen door samen met hun werknemers te onderzoeken hoe de samenwerking met AI er in hun organisatie uitziet. Welke taken gaan over naar AI en hoeven niet meer door mensen te worden gedaan? Wat is juist wel echt mensenwerk? Waar is bijvoorbeeld meer controle of toezicht nodig, en welke aansturing is er nodig?
Talent niet uit het oog verliezen
Werkgevers moeten ook onderzoeken hoe ze hierin plek kunnen vinden voor junior medewerkers en welk perspectief er voor hen is. Bedrijven die dat nalaten en alleen voor snel en efficiënt kiezen, riskeren in de toekomst een gebrek aan talent. Dat maakt bedrijven of organisaties kwetsbaar.